Column Mirjam Mous Eos-project
Column: Mink, magie en Huize Sandra
Mijn moeder had een stapel oude spellen van zolder gehaald. Of ik ze nog wilde hebben? Een dierenkwartet, mikado, mens-erger-je-niet, allerlei puzzels. En mijn goocheldoos van vroeger. Ik bekeek de met sterrenpapier beplakte kartonnen kokers en het koord waar je een sjaaltje uit tevoorschijn kon toveren. Op dat moment werd Mink Bekkering geboren. Het hoofdpersonage van Het Eos-project. Hij houdt van goochelen en wil later een groot illusionist worden.
De arme jongen had pech. Voor het zover was, zou ik hem in de ellende moeten storten. Per slot van rekening ging het hier om een thriller. Ik besloot meteen heftig te beginnen: Mink is op de vlucht, kan niemand vertrouwen en is doodsbang.
Wat er precies gebeurd was? Daar probeerde ik al schrijvende achter te komen. Het enige wat ik zeker wist: het zou geen verhaal over jaloezie, ruzie, een klas of een gezin worden. Ik wilde dit keer iets anders. Een groter thema dat je niet zo vaak in jeugdboeken aantreft.
Leuk idee, maar ik kwam er al snel achter dat ik meer personages nodig had om het hele verhaal te kunnen vertellen. Mink bleef de spil van het boek, maar hij kreeg gezelschap van, soms behoorlijk louche, volwassenen. Door ook hen aan het woord te laten, werd het complete plaatje langzaam duidelijk. Ook voor mij. Mink volgt de sporen van een overleden journalist, die aan een artikel werkte dat zou inslaan als een bom. Tijdens dat onderzoek bezoekt hij samen met Jools, een goede vriendin, een club waar prostituees werken. Ze gaan de meisjes zogenaamd interviewen om meer te weten te komen.
Die scène is niet zomaar uit de lucht komen vallen. Toen ik lang, lang geleden op de Pedagogische Academie zat (om leerkracht te worden) moest ik me voor het vak cuma (cultuur en maatschappij) in een maatschappelijk onderwerp verdiepen. Ik koos voor prostitutie. Er viel van alles over te lezen, maar ik bleef me afvragen: hoe is het nou echt? Hoe ziet zo’n club er vanbinnen uit? Wat vinden die vrouwen zelf van hun beroep? Wat voor mannen komen er? Hoe gaat dat dan? Hoe worden de meisjes uitgekozen?
In het plaatselijke krantje vond ik een advertentie van een privéclub. Met een telefoonnummer erbij. Trillend van de zenuwen en met een kop als vuur belde ik naar Huize Sandra en legde de situatie uit. Ik mocht meteen komen.
‘Mag ik een vriendin meebrengen?’ vroeg ik. ‘Ik vind het nogal spannend.’
Ook dat was geen probleem.
De vrouwen die ik in Huize Sandra heb ontmoet, stonden model voor de magische meisjes in Het Eos-project, en hun madam. Alleen hun namen zijn veranderd.Het gevoel dat ik toen had (de ongemakkelijkheid, de schaamte, en tegelijkertijd de nieuwsgierigheid) heb ik op Mink en Jools geprojecteerd.
Het spijt me nog steeds dat ik destijds geen doos bonbons als bedankje voor de meisjes heb meegenomen. Mink had dat kunnen goedmaken, maar helaas... Ik vrees dat hij te veel op mij lijkt.
Mirjam Mous
Meer in deze rubriek
5 vragen aan Henk Hardeman |
De uitdager van Taran Matharu |
Q&A met Nina de Pass |
Would you rather? met Helena Fox |
Pages
Meer in deze rubriek
5 vragen aan Esther Walraven |
5 vragen aan Buddy Tegenbosch |
5 vragen aan Miriam Bruijstens |
Kijktip: Mijke Pelgrim vertelt over haar nieuwe boek |
5 vragen aan Henk Hardeman |
De uitdager van Taran Matharu |
Q&A met Nina de Pass |
Would you rather? met Helena Fox |
Interview met Helena Fox over Steeds verder weg |
Ook zo'n fan van H@ck? |
Interview met Nic Stone |
LONGREAD: een interview met Suzanne Collins |
‘Zij en ik is een liefdesbrief aan mijn tiener-zelf’ |
Column: Optelsom |
'Dit boek heeft een speciaal plekje in mijn hart' |
#vraaghetdecorrector |
Blijf lezen, halfgoden! |
Op zoek naar de boektrailer... |
Zo kwam ik op het idee voor De eliminatie |
Piper Perish en ik |
Terug naar de dinosauriërs |
Historie, cultuur en Pokémon |