De vlucht
De vlucht
Als Katja ontdekt dat ze zwanger is, is ze daar eigenlijk
heel blij mee. Maar haar vader gaat bijna door het lint
als hij het hoort en eist dat ze de volgende dag naar de
huisarts gaat voor een abortus. Katja peinst er niet over,
maar ze weet ook dat ze nauwelijks tegen haar vader
opgewassen is. Samen met haar neef Steven slaat ze op de
vlucht. De politie zet een grote zoekactie op touw. Als die
hen steeds dichter op de hielen zit, bedenken Katja en
Steven een waanzinnig plan om haar ouders te dwingen
van gedachten te veranderen
Weet je waar de autosleutels van de Fiat liggen?
Hoezo? Jij kunt toch nietO. Katja schoot bijna in de lach.
Ja. Je hebt al tien lessen gehad, dus je kunt rijden.
Je bent gestoord, Steven. En ik heb pas vijf lessen gehad.
Je bent een natuurtalent, Kat. Kun je bij die sleutels?
Katja dacht even na. Ik denk dat ze in zijn leren jasje zitten. Dat hangt in de gang. Anders liggen ze in de keuken. Zal wel lukken.
Dan zie ik je om twee uur. Dag Kat. Niet weer huilen. Hoeft niet
meer. Ik kom je redden.
Tot haar verbazing merkte Katja dat er een licht gevoel van
opwinding bij haar binnenkwam. Alsof er avontuur zat aan
te komen.
Ze wist niet half hoe dat klopte.